Het openingswoord van de viering
Het openingswoord van de liturgie wil de gelovigen inleiden in het mysterie dat op de betreffende dag gevierd wordt. Het openingswoord is daarom bedoeld als een hulp voor het spiritueel verstaan en beleven niet alleen van de Schriftlezingen, maar van de gehele eredienst. In de liturgie brengt de geloofsgemeenschap eer aan de hemelse Vader door Jezus Christus in de kracht van de Heilige Geest en mag zij tegelijk Gods heiligende genadegaven ontvangen.
Dit inleidend woord kan worden uitgesproken door de celebrant zelf of door een andere geschikte bedienaar. Het is gewenst, dat het echt beknopt is (het Romeins Missaal spreekt van “brevissimis verbis”); het is daarom niet de bedoeling dat de inleiding in de viering uitdijt tot een soort eerste, kleine homilie.
In het boek Verbum Domini. Liturgische teksten vanuit de Schriftlezingen van de Eucharistie op de dag van de Heer. Jaar A – B - C (NRL-uitgave, Den Bosch, 2014, 400 blz.) is voor elke zondag of hoogfeest dat op zondag gevierd kan worden, een geschikt, beknopt inleidend woord opgenomen, gebaseerd op de lezingen van de betreffende dag, vooral het evangelie.